Zo stil – een vijver in het woud
en in de hitte, glimmende stenen
liggen te drogen, de witte vlinder
vouwt haar handen als zij met haar
tenen het water in beroering brengt.
Zij maakt geen enkel voorbehoud
als ze met haar benen in het water
haar vleugels spreidt en welbeschouwd
naar mij glimlacht, de stilte overstemt.