Rémy Georget is geen Kuifje

Het lijkt alsof de figuren in de laatste jaren kleiner worden. Hermann tekent mannen en vrouwen meer gedrongen dan voorheen. Sfeer weet hij door kleur uitstekend op te roepen. Dieren zijn goed in proportie, maar de menselijke spelers in de scenario’s hebben naar mijn idee ingeboet aan kracht in de weergave. En niet elk scenario van zoon Yves is overtuigend.

Dat laatste is het geval in Terug naar Congo. Wij volgen Rémy Georget, journalist uit Brussel, op een reis naar Congo. Hij was niet degene die namens de Gazet ‘Le Matin’ (De Morgen) zou gaan. Dat is Alfred Lambillon. Maar het lichaam van Evariste Brancard wordt verdronken gevonden en toevallig komt Rémy erachter dat hij een oom heeft in Congo die aan deze Evariste gelieerd: Célestin. De dood van Evariste blijkt moord te zijn. Dat is ons lezers vanaf het begin helder. Augustin Blom is namelijk na achttien jaar uit de gevangenis vrijgelaten en hij heeft zich voorgenomen wraak te nemen. Met onder andere Evariste en Célestin heeft hij in Congo een grote som geld bij elkaar gehaald zonder ervan te kunnen genieten. Zijn kameraden van voorheen hebben dat wel gedaan en moeten ervoor boeten. Zij bevinden zich in Congo en dus zal de ontknoping daar plaatsvinden.

Tot zover hebben we nog een redelijk motief voor een wraakverhaal. Nu blijkt ook de Belgische koning in Congo op bezoek. “Ik steek mijn hand ervoor in het vuur dat Blom ergens op broedt,” zegt Egide Serpolet, een volgende ex-vrienden van Blom, “Hij wil zich wreken op het verraad van koning Leopold II, reëel of niet. Dit verhaal is helemaal niet afgelopen.” (50)

Het verhaal speelt zich af in 1928 (6,18,23,31,33,50). Toen regeerde koning Albert I (van 1909 tot 1934). Blom heeft achttien jaar vastgezeten, dus het gaat om iets dat plaatsgreep voor 1910. Dat kan dus inderdaad gaan over iets dat koning Leopold II gedaan heeft. Wat dan? We krijgen het uit het verhaal niet helder.
Wel is bekend dat Leopold II nooit in Congo is geweest. Het fenomenale boek van David van Reybrouck over Congo vertelt dit: “Op 1 juni 1885 ontwaakte koning Leopold II in zijn paleis te Laken als een ander mens: naast koning van België was hij vanaf die dag ook nog eens soeverein van een nieuwe staat, de Congo-Vrijstaat. … Leopold II zou vanaf zijn investituur in 1885 tot aan zijn dood in 1909 nimmer een voet in zijn Congo zetten.” (71) Officieel had België dus niets te maken met Congo. Maar door beroerde ontwikkelingen daar komt de koning onder druk te staan om zijn overzees gebied op te geven. “Maar op 15 november 1908 was het zover: op het nationale Feest van de dynastie liet de dynastie de Vrijstaat-Congo los. Die term ‘vrijstaat’ was inmiddels nogal achterhaald voor een gebied zonder vrijhandel, vrije arbeid of vrije burgers. In de plaats was een regime gekomen dat draaide rond een monopolie-economie, dwangarbeid en horigheid. Voortaan zou het gebied ‘Belgisch Congo’ heten.” (111-112)

Rémy verijdelt de aanslag op de Belgische koning. Oom Célestin offert zich op en neemt Blom mee in de ondergang. Een bekend motief in heldenverhalen. De man die als dronkaard door heel het verhaal neergezet wordt, stijgt boven zichzelf uit. Het is te dun in het verhaal om er het statement van de strip van te maken. Rémy wordt gezuiverd van de verdenking dat hij een moord heeft gepleegd en ontvangt als dank van de koning de Leopoldsorde. (55) Op de Hermann-website wordt de vergelijking gemaakt met Kuifje en het lichtvoetige van deze one-shot aangewezen. “…een avontuur dat de stappen volgt van een fictieve Hergé genaamd Rémy Georget (naar Georges Rémi, zijn echte achternaam) op Congolese bodem in een burlesk avontuur… Een soort imaginair ontstaan van Kuifje met een ongebruikelijke en lichte toon die contrasteert met de gebruikelijke productie van Hermann.”
Het zal waar zijn, maar overtuigen doet het nauwelijks.


Naar aanleiding van: Hermann en Yves H, Terug naar Congo. Antwerpen: Glénat, 2013 (vertaald uit het Frans, oorspronkelijke titel: Retour au Congo).
David van Reybrouck, Congo: Een geschiedenis.5 Amsterdam: De Bezige Bij, 2010: “Van de rubberpolitiek had Zuid-Katanga nooit zoveel last ondervonden, maar nu werd de regio meegesleurd in een meedogenloos kapitalisme. Dat bracht Andre Yav, de voormalige boy, tot een hoogst merkwaardige maar erg veelzeggende conclusie: hij besloot dat koning Albert I veel slechter was dan Leopold II, die tenminste nog ‘de wetten van Afrika en Congo respecteerde’! Dat vergde enige toelichting: ‘In de tijd van koning Leopold II aten de boys samen met de blanken aan één tafel. De blanke zag hem als een werknemer. Zij waren niet als de blanken die na Leopold II kwamen. Toen hij stierf, volgde koning Albert I hem op. Die blanken namen strenge besluiten, en hun besluiten waren echt heel slecht. Zij waren het die een slecht soort slavernij brachten voor ons, Congolezen.’” (139)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *