1
De kust ziet toe. De geulen in de buitendelta
van het zeegat wandelen van west naar oost,
verzanden in een kleine eeuw van golven
tussen de platen in de buitendelta van het zeegat,
wandelen van west naar oost, verstromen in een kleine eeuw
van eb en vloed. De buitenbanken rusten en wachten
op het eerste licht onder een open hemel.
2
De geulen in de buitendelta van het zeegat
wandelen van west naar oost, verzanden
in een kleine eeuw van drijven tussen de platen
in de buitendelta van het zeegat, wandelen
van west naar oost, verstromen in een kleine eeuw
van eb en vloed, je kunt er staan en uren lopen
als dat moet. De buitenbanken rusten.
Wachten, en de kust ziet toe.