Lukas 1,39: “Kort daarop reisde Maria in grote haast naar het bergland, naar een stad in Juda…”
Moeder heeft de wijk genomen
en de liefde opgezocht.
Daar hebt U de groet vernomen:
zegen zonder achterdocht.
Door de bergen, langs de rand
van de dood, in niemandsland.
Moeder heeft U meegedragen
door het land van vijandschap.
Kwam het kwade haar verjagen,
U sliep in haar moederschap.
Haar gebed uit niemandsland:
houd mij aan Uzelf verwant.
In dit land is ons het leven
pijnlijk als een barenswee.
Zijn wij, Heer, U bijgebleven?
Neem ons in Uw liefde mee
als Maria, elke stap,
een met U in broederschap.
Ga terug naar het overzicht.