Jaloezie? Pas op!

Kun je van een jongen een man maken? Het leven kent z’n overgangen: van kleuter naar schoolkind, van puber naar jongvolwassene. Op een bepaald moment ben je senior, maar dat hoeft niet samen te vallen met het beëindigen van je maatschappelijke carrière. Je wordt simpelweg ouder. Nu zijn er overgangsrituelen en er zijn ouders en opvoeders die daar bewust gebruik van maken. Het is de slotopmerking van de hoofdpersoon in het 14e album in de serie Schemerwoude: Vassya die hierop wijst. “Mijn vader, mijn moeder, mijn oom, allemaal wilden ze een ‘man’ van me maken. Ik had besloten dat ik het nooit zover zou laten komen.” (48, zie ook 15)

Het is juni 1604 en we bevinden ons in Zuid-Rusland. Het Poolse leger marcheert richting Moskou. Zaporozje-kozakken hebben zich bij hen gevoegd om samen het doel te bereiken: de troon van Tsaar Godoenov omver te werpen en hem te vervangen door Tsarevich Dimitri. Aymar van Schemerwoude is een jonge huzaar. Hij maakt deel uit van de voorhoede die onder bevel staat van zijn oom, de nobele Waldemar Lewandoswki. Aan hem heeft zijn moeder zijn militaire opleiding toevertrouwd. Deze oorlog moet hem een ​​man maken.

Toch vormen de belevenissen op het slagveld niet het hoofdverhaal. Tussen strijdscenes en de bijpassende doden gaat het vooral over een onmogelijke liefde. Hoe word je een man tussen verleidende vrouwen die onbereikbaar moeten zijn? Het boek Exodus zegt in de tien geboden: “Zet uw zinnen niet op het huis van een ander, en evenmin op zijn vrouw, op zijn slaaf, zijn slavin, zijn rund of zijn ezel, of wat hem ook maar toebehoort”. In het christendom is jaloezie een van de zeven hoofdzonden en onze Aymar wordt erdoor besprongen. Hoe zal hij zich weren?

Doenjasjka is een jonge welgevormde vrouw. Zij woont bij haar opa en Aymar krijgt haar in het oog (10) en hij werpt zich op als haar beschermer tegen wellustige mannen. Getraind als hij is in de vechtsport (15) krijgt Kozak Kolja klop van de jeugdige telg van Schemerwoude. Dan komt de akelige twist: bij een nieuwe groep Kozakken die zich aansluiten zit Vasja, de man van Doenjasjka. Dan weet Hermann heel treffend het gezicht van Aymar te tekenen. (18)

Vanaf dat moment kun je wachten op het moment dat ze elkaar krijgen en nemen en de ellende die daaruit volgt. Dat is het tragische van de afgunstige drang: het binnenhalen van de onmogelijke liefde is een bron van ellende. Echtgenoten hebben hun eer en een geschonden eer moet worden hersteld – dat vindt ook en vooral de omgeving van de mannen. Dus Doenjasjka kan met haar heupen en ogen de jonge Aymar verleiden en dat leidt tot een kortstondig moment van plezier. (30, 37-38) Zodra dat publiek wordt, krijgt de vrouw een pak slaag. Zij wordt verstoten en afgemaakt. (40, 43) Maar als Aymar later de gelegenheid krijgt om Kolja om te brengen, doe het hij toch niet. Dan volgt de tekst die ik al eerder aanhaalde: “Mijn vader, mijn moeder, mijn oom, allemaal wilden ze een ‘man’ van me maken. Ik had besloten dat ik het nooit zover zou laten komen.” (48) Daarmee is de suggestie gewekt dat hij de vanzelfsprekende wraaksequentie doorbreken wil. Man worden in die keiharde dynamiek wil hij niet. Dat is een opmerkelijk mild geluid in de wereld van vader en zoon Huppen.


Naar aanleiding van: Hermann & Yves H., Vassya (Schemerwoude 14). Brussel: Glénat, 2009. Oorspronkelijk in het Frans gepubliceerd in 2009. Scenario Yves H., tekeningen van Hermann.