1. Met rood omrande ogen,
met pijn bij elke stap,
hoe anders dan gebogen
zijn wij in ballingschap.
Wij leven haast niet meer.
De ruimte is geweken.
Hoor ons, als wij U smeken:
ontferm, ontferm U, Heer.
2. Wij leefden onverbonden,
wij schiepen duisternis.
Door ons werd diep geschonden
wat eer en luister is.
Wij leven haast niet meer.
De eerbied is geweken.
Hoor ons, als wij U smeken:
ontferm, ontferm U, Heer.
3. Hoor onderdrukten huilen,
hoor wie, door ons gebruikt,
wanhopig schreeuwt en vuil en
gebroken onderduikt.
Wij leven haast niet meer.
De waarde is geweken.
Wij hopen op uw teken:
het bloed van onze Heer.
Ga terug naar het overzicht.